Nieuws

Werkgevers hebben voor de loonheffingen administratieve verplichtingen. Zo moet een werkgever de identiteit van de werknemer vaststellen aan de hand van het originele identiteitsbewijs, op straffe van de toepassing van een tarief van 52%. De huidige bijzondere omstandigheden kunnen meebrengen dat werkgevers deze verplichtingen niet, niet tijdig of niet geheel kunnen nakomen.

Voor terugwerkende kracht bij een geruisloze omzetting, geruisloze terugkeer,  bedrijfsfusie, juridische fusie, splitsing gelden strikte regels. Een van de voorwaarden voor terugwerking is dat bepaalde juridische handelingen worden verricht binnen vijftien maanden na het tijdstip waarnaar terugwerking wordt gewenst. Die termijn wordt tijdelijk verlengd.

Een gemeenteraadslid maakt gebruik van de zogenaamde opting-in regeling. De raadsvergoeding valt onder de loonheffing, kosten zijn niet aftrekbaar. Na een onderbreking van vijf maanden keert hij terug in de gemeenteraad. De gemeente houdt weer loonheffing in, maar het raadslid geeft de inkomsten aan als resultaat uit werkzaamheden en trekt circa € 9.000 aan kosten af. De Belastingdienst is het daar niet mee eens.

Voor reiskosten met een vast en gelijkmatig karakter kan de werkgever een vaste onbelaste vergoeding toekennen, bijvoorbeeld voor het woon-werktraject. De coronamaatregelen betekenen voor veel werknemers een verandering van hun reispatroon. In beginsel moet de werkgever de vaste reiskostenvergoeding dan aanpassen of geheel of gedeeltelijk tot het loon rekenen. Er is echter een tijdelijke goedkeuring.

Veel bedrijven zoals winkels en horecazaken uit het mkb-segment worden bevoorraad op basis van leverancierskrediet. Dit wordt mogelijk gemaakt doordat de kortlopende – doorgaans dertig of zestig dagen – betalingstermijnen worden verzekerd door kredietverzekeraars. Het Ministerie van Financiën werkt aan een herverzekering voor het hele jaar 2020 die snel in werking moet treden waardoor kredietverzekeraars niet genoodzaakt zijn op korte termijn hun limieten terug te brengen.